Schouderprothese (nieuwe schouder)
Een schouderprothese is een kunstmatige vervanging van een aangedane schouder. Een knie- of heupprothese kent iedereen wel. Vervanging van de schouder door een prothese is veel minder bekend. Een prothese wordt voornamelijk gebruikt wanneer een gewricht ernstig versleten is (artrose).
Wanneer een schouderprothese?
Een schouderprothese kan bij verschillende aandoeningen gebruikt worden als oplossing voor de volgende klachten:
- Ernstige slijtage (artrose).
- Reumatoïde artritis.
- Grote rotator cuff scheuren.
- Breuken van de schouder, waarbij de schouderkop in meerdere stukken is gebroken.
- Afsterven van de schouderkop. Dit kan komen door een ongeval waarbij de bloedtoevoer naar de schouder is onderbroken.
Een schouderprothese wordt pas geplaatst wanneer er ernstige klachten zijn. De schouderfunctie moet hierbij ernstig beperkt zijn. Wat wil zeggen dat de beweeglijkheid fors verminderd is. Of dat door een spierscheur, een breuk of afsterving geen beweging meer mogelijk is. Pijn op zichzelf is geen indicatie voor een schouderprothese.
Leeftijd is een belangrijk punt voor het plaatsen van een schouderprothese. Een schouderprothese gaat ongeveer 10-15 jaar mee. Na zeven jaar kan al loslating van een prothese ontstaan. Vandaar dat leeftijd een belangrijk punt is. Dit geldt overigens niet bij een breuk of afsterving.
Verschillende schouderprotheses
Er zijn vier verschillende schouderprotheses. Welke prothese wordt gebruikt is afhankelijk van de conditie van de schouder. De orthopedisch chirurg onderzoekt wat de staat van de schouder is en neemt hierin de beslissing.
De vier protheses zijn:
- Totale schouderprothese.
- Halve schouderprothese.
- Steelloze schouderprothese.
- Omgekeerde schouderprothese.
Afhankelijk van de schade van de schouder wordt bepaald welke prothese het meest geschikt is. Wanneer zowel de schouderkop als schouderkom beschadigd zijn, zal een totale schouderprothese gebruikt worden. Wanneer alleen de schouderkop beschadigd is, kan een halve prothese goed werken. Er wordt altijd geprobeerd zo min mogelijk kunstmatige hulpmiddelen te plaatsen. Vandaar hierbij het gebruik van een halve prothese.
Voor deze protheses moeten de spieren rondom de schouder van goede kwaliteit zijn.
De steelloze schouderprothese is een vrij nieuwe techniek. De prothesesteel is een stuk korter, waardoor er minder botbeschadiging optreedt bij het plaatsen.
Wanneer grote spierscheuringen aanwezig zijn, kan een omgekeerde prothese uitkomst bieden. De schouderkop wordt dan vervangen door een kom en de schouderkom door een kop.
Wanneer gebeurt wat en met welke voordelen en risico’s?
Totale schouderprothese
Bij een totale schouderprothese wordt zowel de schouderkop als de schouderkom vervangen.
Wanneer?
- Als andere behandelingen geen verbetering van de klachten geven.
- Bij slijtage van zowel de schouderkop als de schouderkom.
- Spieren en pezen zijn nog wel van goede kwaliteit.
- Op oudere leeftijd.
Wat gebeurt er?
- De schouderkop wordt vervangen door een metalen kop met een lange steel.
- De steel wordt in de bovenarm vast gezet. Dit kan met cement of door inklemming in het bot.
- De schouderkom wordt vervangen door een kunststof of metalen kom.
- Ook deze komprothese kan met cement of door ingroeiing vastgezet worden.
Voordelen
- Minder pijn na de operatie.
- Zeer betrouwbaar voor vermindering van pijn en verbetering van beweeglijkheid.
Nadelen
- Risico op een breuk van de bovenarm door de steel die erin gezet wordt.
- Risico op loslating van de prothese.
Halve prothese
Een halve prothese wordt gebruikt wanneer alleen de schouderkop beschadigd is.
Wanneer?
- Bij ernstige slijtage van de schouderkop.
- Bij een breuk van de schouderkop.
- Bij afsterving van de schouderkop.
Wat gebeurt er?
- De schouderkop wordt vervangen door een nieuwe kop van metaal.
- Deze steel van de nieuwe schouderkop wordt in de bovenarm geplaatst.
- Bij een breuk wordt vaak cement gebruikt om de steel vast te zetten. Het cement geeft hierbij extra stevigheid aan de breuk.
- Bij een breuk worden eventuele botstukken en pezen aan de prothese vastgehecht.
Voordelen
- Minder pijn in de eerste weken na de operatie.
- Revalidatie verloopt over het algemeen sneller dan bij een totale schouderprothese.
- Tijdens de operatie worden minder spieren aangetast ten opzichte van een totale schouderprothese.
- Geen risico op loslating van de schouderkom (die wordt niet vervangen).
Nadelen
- Pijn kan blijven of sneller terugkomen doordat de kopprothese de schouderkom eerder beschadigt.
Steelloze schouderprothese
De steelloze schouderprothese is een schouderkopprothese. De lange steel wordt hierbij vervangen door een korte steel. De steel is zo kort dat deze niet in de bovenarm komt maar alleen in de schouderkop blijft. De steelloze prothese kan zowel voor een halve als een hele schouderprothese gebruikt worden. Voornamelijk bij jongere patiënten wordt deze prothese gebruikt. Het opnieuw vervangen van deze prothese is eenvoudiger dan een schouderkopprothese met een lange steel.
Wanneer?
- Bij jongere patiënten waarbij de schouderkop en/of schouderkom beschadigd is.
- Bij patiënten die actief zijn.
Wat gebeurt er?
- Alleen het versleten oppervlak van de schouderkop wordt weggefreesd.
- De rest van de schouderkop blijft zitten.
- Over het uitgefreesde gedeelte wordt een sterke metalen kap gezet.
- Deze wordt klemvast geplaatst. Of de zeer korte steel wordt in de schouderkop vastgezet.
- Eventueel wordt de schouderkom vervangen door een kunststof of metalen schouderkomprothese
Voordelen
- Sneller herstel na operatie.
- De prothese kan zo nodig eenvoudig vervangen worden.
Nadelen
- Meer kans op loslating van de prothese.
- Risico op vervroegde slijtage van de schouderkom (als deze niet vervangen wordt).
- De langetermijnresultaten zijn nog niet bekend voor deze prothese.
Omgekeerde schouderprothese
Bij de omgekeerde schouderprothese wordt de schouderkop vervangen door een kom. En van de schouderkom wordt een schouderkop gemaakt. Deze prothese wordt voornamelijk gebruikt wanneer grote spierscheuringen in de rotator cuff aanwezig zijn. Door deze prothese is de rotator cuff niet meer nodig voor de stabiliteit van de schouder. De deltaspier neemt de functie van het heffen van de schouder over. De beweeglijkheid na de revalidatie is wel minder groot dan bij een normale schouderprothese.
Wanneer?
- Bij grote spierscheuringen.
- Vervanging van een eerdere schouderprothese.
- Bij complexe breuken, bijvoorbeeld bij oudere patiënten met slecht botkwaliteit.
- Bij instabiele schouders, vooral bij oudere patiënten.
Wat gebeurt er?
- De versleten schouderkop wordt verwijderd.
- Er wordt een steel in de bovenarm geplaatst. Deze kan met of zonder cement worden vastgezet.
- Op de steel wordt een schouderkomprothese geplaatst.
- Het versleten kraakbeen van de schouderkom wordt verwijderd.
- Daarna wordt de schouderkopprothese vast geschroefd.
Voordelen
- Verbetering van de schouderbeweeglijkheid.
- Deze prothese is mogelijk ook al is de kwaliteit van de spieren rondom de schouder slecht.
Nadelen
- De levensduur van deze prothese is korter dan bij gewone schouderprothese. Vandaar dat voornamelijk oudere patiënten hiervoor in aanmerking komen.
- Verminderde beweeglijkheid ten opzichte van de andere schouderprotheses.
Conclusie
Er zijn dus meerdere mogelijkheden wanneer een schouderprothese wordt aangeraden. Hierbij speelt leeftijd een belangrijke rol en de schouderfunctie op dat moment. Alle schouderprotheses hebben voor- en nadelen. Bespreek met de orthopedisch chirurg de mogelijkheden om tot een goede beslissing te komen. In het volgende artikel wordt de behandeling na een schouderprothese beschreven.
Aandoeningen
- Artrose schouder (versleten)
- Frozen Shoulder
- Impingement schouder
- Muisarm
- Peesontsteking schouder
- Verkalking schouder
- Pijn tussen schouderbladen
- Rotator Cuff / Afgescheurde schouderpees
- SLAP laesie
- Schouder uit de kom
- Schouderprothese (nieuwe schouder)
- Slijmbeursontsteking schouder
- Thoracic-outlet syndroom